Jönköping

Jönköping ligt aan de zuidpunt van Vättern, een smal meer van ruim 125 km lang. Alleen Vänern en Mälaren in Zweden zijn nog groter. Als u op de pier aan de haven staat op of een van de zandstrandjes die de rand van het centrum vormen, ziet u tot aan de horizon alleen water. Ca 40 km noordelijk ligt het eiland Visingsö, het enige eiland dat het meer rijk is en ook onder gemeente Jönköping valt. Water is belangrijk in deze stad. Naast Vättern liggen er in de binnenstad nog twee meren. Munksjö en Rocksjö, die de stad een open karakter geven.

In de middeleeuwen lag in het westelijk deel van de stad een klooster, totdat halverwege de zestiende eeuw Zweden de Lutherse staatskerk kreeg. Jönköping lag toen op de grens van Zweden en lag geregeld onder vuur van de Denen, die graag heel het huidige Zuid Zweden aan hun koninkrijk wilden toevoegen. Koning Gustav Vasa, die de katholieken het land uit stuurde, verbouwde het klooster tot een verdedigingsburcht. Hier omheen groeide de stad.

IJzer is al vanaf 400 belangrijk geweest. Net buiten de stad zijn grote velden met sporen van ijzerwinning gevonden. Er zijn ook veel smederijen uit de midddeleeuwen teruggevonden. In de zeventiende eeuw moesten alle smeden uit de regio zich in het centrum van Jönköping vestigen. Op koninklijk bevel was het oude centrum afgebrand, om het niet in handen te laten vallen van de Denen en in het nieuwe Jönköping kregen zij werkplaatsen aan de oever van het meer Munksjö.

Voor de opbouw van de nieuwe stad stonden bouwmeesters en arbeiders uit de Lage Landen. De grond was namelijk zeer drassig en er kwamen zinkstukken en grachtenystemen aan te pas om de grond bouwrijp te maken. Ook geld en vermaarde ervaring met goed te verdedigen stedenbouw maakte het voor de toenmalige koning Gustav II Adolf aantrekkelijk met Nederlanders samen te werken. Deze zelfde koning liet ook Göteborg door de Nederlanders bouwen.

Tegenwoordig ligt het centrum van Jönköping aan beide kanten van het meer Munksjö. Met de opkomst van de industrie ontwikkelde het oostelijk deel van de stad zich opnieuw. U ziet hier nog onder andere een lucifermuseum, een mechanische werkplaats en papierfabriek uit deze periode. Dit stadsdeel is ook rijk aan negentiende en vroeg twintigste eeuwse gebouwen. Van de eerste fase van deze stad zijn nog parken en een kerkhof over. Het slot is in de negentiende eeuw afgebroken.

Het Nederlands deel van de stad dat bestond uit houten huizen is meerdere keren afgebrand, maar er zijn nog sporen terug te vinden. Er zijn hier nu winkelstraten en pleintjes met onder andere een oud raadhuis en gerechtshof. Aan Smedjegatan, waar oorspronkelijk de smeden hun werkplaatsen hadden, staan nog leuke houten pandjes. Er is ook nog een mooi hofje over van de tijd van de smederijen. In dit stadsdeel ligt het Länsmuseum.

De gemeente Jönköping omvat meerdere plaatsen die het bezoeken waard zijn:

  • Huskvarna, beroemd van de naaimachines en nog steeds een belangrijke fabriek voor Zweden. U kunt hier het fabrieksmuseum bezoeken en huisjes van handwerkerkers uit de achttiende eeuw. De industrie is voortgekomen uit de wapensmederij die voorheen in het centrum zat, maar al eind zeventiende eeuw voor een groot deel naar Huskvarna verplaatste.
  • Taberg, een markante berg, die het zeldzame mineraal titanomagnetitolivinit bevat. Vanaf de top heeft u mooi uitzicht en u kunt de oude mijn in. Al in de vijftiende eeuw won men hier ijzer, dat zijn hoogtepunt en gelijkijdig dieptepunt bereikte tijens de tweede wereld oorlog. De Duisters dolven hier toen de grootste hoeveeelheden ijzer uit de geschiedenis van deze mijn.De mijn is in gebruik geweest tot begin jaren zestig. Een paar kilometer daar vandaan is in Norrahammar een interessant museum (Norrahammars Industri och Bygdemuseum) over o.a. ijzerwinning en bewerking door de eeuwen heen. Beide dorpen liggen in een smal dal met een klaterende beek en een bijzondere natuur.
  • Gränna, gelegen aan Vättern, is ook zeer de moeite waard. Langs de oostkant van Vättern rijdt u langs vele boomgaarden, die hier staan vanwege het milde klimaat. Gränna bestaat uit lintbebouwing met leuke houten huizen en een marktplein. Er is hier ook een museum en er zijn veel bakkerijen die polka gris vervaardigen, een soort lollies en zuurstokken die in de het hele land bijzonder populair zijn. Net ten zuiden van Gränna ligt het dorpje Rötteln, een dorp van rode huisjes met prachtig wit houtsnijwerk, en met een haventje en een watermolen.
  • Op Visiningsö tenslotte, een eiland per boot bereikbaar vanaf Gränna, stond in de middeleeuwen een koninklijk slot en er ligt een ruïne van een achttiende eeuws slot. U kunt er fiesten huren en in augustus is er een beroemde middeleeuwse markt.

Heeft u belangstelling voor een rondleiding op een van deze bestemmingen, neem dan gerust contact op.

Terug naar overzicht